‘Een geboorte is iets voor jezelf’
DE ONTMOETING MET TRUUS VOORTMAN-SMIT

‘Een geboorte is iets voor jezelf’

Op de grens van Oud en Nieuw kwam voor Truus Voortman-Smit (65) na ruim 44 jaren een einde aan een rijke loopbaan als verloskundige. Ze stond letterlijk aan de wieg bij duizenden geboortes en maakte daarbij groot geluk en diep verdriet van jonge ouders mee. Afscheid nemen van haar passie is wennen, geeft ze grif toe. Maar ze belooft: alles komt goed. Door vooral nog meer te genieten met en van echtgenoot Otto, haar zoons Aard Jan (38), Geert (36) en Wicher (33) en haar kleinkinderen Arnoud (5), Mila (4), Charlotte (3) en Guusje (2). Truus Voortman aan het woord in de negentiende aflevering van De Ontmoeting.

Waar stond je eigen wieg?
We woonden, als je vanuit Almelo richting Wierden gaat, in het vierde huis rechts als je de brug over bent. De woon- en voorkamer daarvan staan in Almelo, de slaapkamer waar ik ben geboren staat op Wierdense grond. Mijn zus woont daar nog altijd. Thuis hadden we een boerderij met acht koeien, wat jongvee, een paar varkens en een kuikenbroederij. Op mijn vierde zat ik bij een varken dat biggen kreeg. Die werden met hooi of stro afgedroogd en gingen in een krat met de warmtelamp. Dan klopte ik op het raam als er weer wat kwamen. Een keer kwam er bij een varken iets bruins en zwarts uit en dat vrat ze op. Achteraf werd me duidelijk dat het een dode big was. Maar die jonge biggen vond ik prachtig. Ik hield ontzettend van dieren. Op een gegeven moment had ik een hond met vier jongen. Ik heb een kraai gehad die heel vriendelijk voor mij was. Maar anderen vonden het heel erg als die bij mij op de schouders zat. En ik heb duiven, pony’s en dertien poezen gehad.”

Ben je dan je beroep misgelopen?
Eigenlijk wilde ik veeverloskundige wilde worden, maar dat vonden ze thuis niet goed. Ik had een heel stimulerende moeder die zei dat ik verloskundige moest worden, maar ik was zelf niet zo overtuigd van mijn kunnen met mijn minimale opleiding, Mulo en de vormingsklas.

Na het eindexamen ging ik al in september 1968 naar de kweekschool voor vroedvrouwen in Amsterdam. In die tijd moest je een psychologische test doen. Ze hadden 120 aanmeldingen, er konden er maar twintig geplaatst worden. Tot mijn grote verbazing werd ik aangenomen. Ik heb drie jaar intern de opleiding gevolgd. In hetzelfde prachtige oude gebouw zat een kraamkliniek, daar kregen we praktijk.
 

Het was een heel zware theoretische opleiding, dat is het tegenwoordig misschien nog wel meer. Nadeel was dat ik geen Latijn had gehad. Met de andere studenten had ik een goed contact. Op zaal lagen we met zes meiden, we hadden een bed met een kastje erboven. Met mijn vriendin Janneke uit Apeldoorn ging ik altijd liftend naar huis, een van ons voorin, de ander achterin. Ze stapte in Apeldoorn uit en dan zat ik alleen in de auto. Een keer streek een man me over mijn knie. Ik zei: zet me er hier maar uit. Vanaf dat moment hebben we niet meer gelift.

Met mijn opleiding was ik nog niet eens helemaal klaar, toen ik gebeld werd door mevrouw Drenth-Hiethaar, verloskundige in Hengelo. Collega mevrouw Leijen was overleden en ze vroegen me of ik wilde bijspringen in de praktijk. Ik heb een bord laten maken waarop stond dat ik verloskundige was en ben op 1 oktober 1971 bij mevrouw Drenth thuis aan de Dr. Kuiperstraat in Hengelo met een solopraktijk begonnen. Op aanraden van haar heb ik me eerst voorgesteld aan alle huisartsen. Het eerste jaar had ik vijftig patiënten, het tweede jaar honderd, het derde jaar 150, dat was ongeveer een normpraktijk.

Omdat ik in Amsterdam twee keer was gezakt voor het rijexamen deed ik eerst alles op de fiets en bond ik mijn verlostas achterop met zo’n spin. Werd ik een keer aangehouden door een agent die me vroeg: jongedame, waar gaat de reis naar toe? Die dacht dat ik van huis was weggelopen…
Op mijn 21ste kreeg ik een autootje, een eend, dat was wel prettig.

Hoe ben je in Borne terecht gekomen?
Ik liep in het Juliana-ziekenhuis en werd voorgesteld aan de directie. Onderdirectrice mevrouw Broekhuizen sprak me in mijn eerste jaar aan of ik niet op de verloskamer wilde werken. Dat was een pré voor mij, maar de andere verloskundigen waren daar niet zo blij mee. Ik ontmoette op de kraamafdeling mevrouw Simonetti, de verloskundige uit Borne. Op een dag belde ze me of ik niet wilde waarnemen, omdat ze naar een voetbalwedstrijd van FC Twente wilde. Van het een kwam het ander. Het kleine, het dorpse sprak me enorm aan. Ik heb toen voor een praktijk in Borne gekozen. Alle nieuwe mensen van mevrouw Simonetti gingen naar mij. Begin 1977 is zij op 71-jarige leeftijd gestopt en heb ik de praktijk van haar overgenomen.

Wat doet een geboorte met je?
Een kind gezond geboren zien worden, is prachtig. Maar dat geldt ook voor een stel dat van man en vrouw verandert in ouders. Je bent bij een van de meest emotionele momenten in het leven van mensen. Als een moeder voor het eerst haar kind aan de borst heeft gelegd en ik naar huis rijd, denk ik: het is goed. Het is vooral prachtig om ’s nachts te werken, dan is alles wat rustiger en intiemer.
Van mij mogen ze trouwens de telefoon rond het bevallen wel uitzetten. Nu zie ik soms dat vijf minuten na een geboorte al een bericht op Facebook staat. De wereld is soms echt van de zotte, dit soort intieme momenten zijn er voor jezelf, vind ik.

Waar veel mensen niet bij stil staan is dat een bevalling ook vaak géén feest is.
Dat is waar, ze lopen natuurlijk helaas ook wel eens niet goed af. Maar ook dan kun je heel veel betekenen voor mensen en mogelijkheden aandragen hoe ze met de situatie kunnen omgaan. Ook dan moet je zorgen dat het proces van de geboorte zo goed mogelijk verloopt en deel je toch wat samen. Dan komt onder meer de vraag naar boven of de ouders het kind wel of niet willen of mogen zien. Iets wat vooral speelt bij mensen uit het buitenland, met vaak andere culturen dan de onze. Vroeger regelde de familie het. Doordat de ouders nu betrokken worden bij het afscheid nemen, gaat het nu veel beter. Alle woorden zijn goed bedoeld, maar voor ons als verloskundige is het soms: zeg maar niets, maar wees er gewoon. Ik heb het wel eens meegemaakt dat een vrouw een miskraam kreeg en dat een vriendin haar kwam opzoeken. Die gaf haar chocola en zei er bij dat die alleen voor haar was. Alsof de vader geen verdriet had. Ik denk dat die dingen vaak onbewust gebeuren.
Behalve vreugde en geluk zijn er ook vaak pijn, verdriet en minder leuke dingen. Ik denk dat ik dat wel heb kunnen overdragen, het is niet altijd die roze wolk.

Er komen ook kinderen met handicaps ter wereld.
Door het gebruik van foliumzuur is het aantal kinderen dat met een open ruggetje wordt geboren gelukkig sterk terug gedrongen. Tegenwoordig kan men gebruik maken van prenatale screening, een combinatietest. Dat doet geen schade, alleen een bloedonderzoek en echo. Het blijft een kansberekening. Is er een hoog risico, dan kan nog een bloedtest volgen en weet je voor 99 procent zeker of een ongeboren kind een van de drie chromosomale afwijkingen heeft. Zoals het Downsyndroom. Op televisie zie je vaak wel de goede voorbeelden, maar je hebt ook kinderen die geboren worden met zware hart- en darmproblemen. Dan gaat je leven er anders uitzien dan je het had voorgesteld. Maar het kan je ook verrijken. Ik heb het meegemaakt dat een vader zei: dit wil ik niet. Toen zei de moeder: het is wèl jouw kind. Nu zit hij in de belangenvereniging voor kinderen met Down…

In hoeverre is het vak van verloskundige in de loop der jaren veranderd?
In het algemeen is het veel afstandelijker geworden. Aan het eind van mijn loopbaan werkte ik in een maatschap met vijf verloskundigen. De 28 jaren daarvoor heb ik de praktijk solo gedaan. Dat is nooit meer te evenaren en dat vind ik heel jammer. In een grotere maatschap moet je er samen iets van zien te maken.
 

Je schoondochter werkt ook als verloskundige.
Ja, mooi hè? Sanne was student bij ons en ik haar begeleidster. We hebben samen veel bevallingen gedaan. Ze is heel empathisch. In 2009 hebben we de eindevaluatie in de hot tub gedaan.
Via Sanne houd ik nog contact met de praktijk.

Hoe beleefde je je laatste werkdag als verloskundige?Het was heel bijzonder. Op 30 december ging ik om zeven uur ’s avonds voor 24 uur de dienst in en kon ik gelijk op pad. Rond half een in de nacht werd ik opgeroepen en na de geboorte van een prachtig kind lag ik om half vijf in bed. Om negen uur ging ik op pad om visites te doen. Daarna was er in het ziekenhuis van Almelo een bevalling. Op Oudejaarsdag komen onze kinderen altijd graag oliebollen eten en vuurwerk afsteken.

Tegen twee uur, half drie ’s middags ging de bel en stonden alle collega’s voor de deur met bloemen en pakjes. Een grote taart erbij, het was erg gezellig. Ik heb ook nog een heel mooi boek met herinneringen gekregen. De collega’s hebben dit samengesteld naar aanleiding van reacties na een oproep op Facebook Een geweldige herinnering waar ik heel dankbaar voor ben. Hierna heb ik visites gereden en ben ik om kwart over negen gezellig met Otto naar Herman Finkers gaan kijken.

Een loopbaan na zoveel jaren afsluiten, hoe doe je dat?
“Eigenlijk zou dat al op 17 december gebeuren. Dat ging niet door, omdat mijn schoonmoeder net was overleden. Het is goed, maar je neemt inderdaad wel afscheid van je werk als verloskundige en van je collega’s.
Alles bij elkaar heb ik denk ik tussen de acht- en tienduizend bevallingen gedaan en dan tel ik alleen de kinderen die ik zelf heb aangepakt. Vroeger moest je altijd met de moeder en het kind op de foto. Ik had denk ik wel 5000 foto’s. Toen mijn ouders overleden, kwam er zoveel tevoorschijn dat we niet wisten wat we er mee moesten doen. Je kunt nu eenmaal niet alles bewaren, bovendien zit het allemaal in je hoofd. En mijn kinderen hebben er later niets aan. Het is goed, ik ben van een opgeruimd huis en een opgeruimd hoofd. Alles is weg, ook de verlostas, dan kunnen ze ook niet meer bellen. Alles wat bruikbaar was heb ik in de praktijk achtergelaten. De sterilisator is naar Kameroen. Klaar is klaar, daar ben ik heel rigoureus in.

In hoeverre heb je tegen dat moment opgezien?
Misschien heb ik wel meer tegen de drempel van het afscheid nemen opgezien, dan tegen het echte vertrek.


Daaruit zou je kunnen afleiden dat je toch veel moeite hebt het los te laten.
Verloskunde was mijn leven. Je hebt nooit wat anders gedaan hè? Ik ben begonnen met achttien dagen en nachten bereikbaar zijn. En dan ging je weer, na een weekend vrij. Later werden het elf dagen en daarna een weekend vrij.

Hoe kijk je terug op al die jaren?
Heel tevreden. Ik heb ontzettend veel geluk gehad, ook met onze ouders. Otto’s vader is in 1971 al op 48-jarige leeftijd overleden, zijn moeder kon heel goed met mijn vader en moeder. Ze hadden het heel gezellig met elkaar. In 2001 en 2002 zijn die van mij overleden, ze zijn oud geworden. Na vijf jaar wordt het gemis wat minder. Van Otto’s moeder hebben we jammer genoeg in december afscheid moeten nemen. Ze was om het weekend bij ons. Een groot verlies. We hebben zestien zakken met kleren naar het Leger des Heils gebracht, dat heeft ze zelf gewild, dat was in haar geest.

Eerder dat jaar is ook onze hond Bo ons ontvallen, een Labrador retriever. Onze oudste was allergisch, maar toen Otto thuis ging werken, zou er een hond komen. Ik zei: de hond erin, dan Truus er uit. Mijn schoonmoeder merkte op dat ze niet wist of ik die strijd moest willen winnen. En er kwam een pup in huis. Door de hond heb ik leren wandelen, ik raakte eraan verslaafd. Een groot geluk. Met een hond moet je elke dag stofzuigen. Dat hoef ik ook niet meer. Ik val dus even in een gat. Maar het is niet anders, het leven neemt zijn loop. Mijn moeder zei altijd: als je jong bent, heb je veerkracht. Nu moet ik weer bedenken wat ik ga doen. Ik ben een pleaser, helaas, denk ik soms. Deze week ben ik drie dagen oppas, dan val je niet in een gat. Maar ik wil natuurlijk meer dan alleen oppassen.

Hoe ga je je tijd nu doden?
Met muziek, quilten, wandelen. En lezen doe ik elke dag, ik verveel me niet, het komt wel goed. Ik houd ontzettend van de natuur. Heerlijk buiten zijn.
Elke dag heb ik wel wat. Maar ik ga hoe dan ook meer aandacht besteden aan mijn wederhelft. We hebben afgesproken dat we dit jaar acht weken op vakantie gaan en meer samen gaan doen. De weekenden zijn we nu echt vrij, dan hebben we tijd voor leuke dingen. Na de zomer ga ik wel eens kijken of ik meer wil doen, vrijwilligerswerk bedoel ik. Eigenlijk zou ik, als ik bijvoorbeeld naar het AZC kijk, de hele wereld wel willen verbeteren. Ik heb zo’n man die zegt dat zoiets niet lukt, maar misschien kan ik een luisterend oor bieden.
Ik zou ze allemaal willen helpen, de mensen die het nodig hebben. En ik wou dat er alleen vrede was. Maar dat wordt het nooit. Kijk maar naar de geschiedenis, het is altijd zo geweest. Als er geen vrede wordt gesloten en geloven niet gerespecteerd worden, komt het nooit goed.

Wat is geluk voor jou?
Gezondheid en houden van elkaar. Het is fijn dat de kinderen zo vaak komen en we genieten enorm van onze kleinkinderen, prachtig.

Speelt bij dat geluk ook het geloof nog mee?
We leven aardig volgens de tien geboden. Maar we zijn geen van allen in de kerk getrouwd en geen van allen gedoopt. Mijn vader heeft de crisisjaren meegemaakt en zei altijd: de pastoor en de dominee houden de mensen dom en de werkgevers houden de mensen arm. Hij was lid van de Blauwe Knoop. Mijn moeder kwam uit een christelijk gezin. Ze was Nederlands Hervormd, maar ging niet naar de kerk. Ze heeft altijd gewerkt, was voorzitter van de plattelandsvrouwen in Overijssel en gaf cursussen. Als ik haar niet had gehad was ik nooit zover gekomen. Ze was mijn grote stimulans.

Tot slot, wat betekent Borne voor jou?
Een warme deken. Mevrouw Simonetti vertrok op hoge leeftijd naar Oss. Later zei ze: als ik had geweten dat ik nog zo lang zou leven, was ik nooit uit Borne weggegaan. Ik blijf eeuwig hier, heb mensen om me heen nodig. Ik vind het heel leuk om bekenden nog even te spreken.

INTERVIEW: WILLEM PFEIFFER

 

© BorneBoeit. Op onze artikelen en beeldmateriaal rust copyright.
Voor meer informatie raadpleeg de spelregels.

Deel
De link is gekopieerd naar het klembord!
reageren op deze pagina
Anne-Marie — 28 jan 2016
Dag Truus,
Hier thuis hebben we het nog steeds over "Super-Truus" en zo zullen wij jou ook altijd blijven noemen. Hard gewerkt en nu nieuwe vrije tijd. Veel geluk, gezondheid en leuke reizen!!
Groet uit Hertme, Fam Lucas
wilma — 24 jan 2016
Truus een fantastisch mens veel voor ons betekent.
ada gerritse — 24 jan 2016
Geweldig verhaal ,nu lekker genieten samen .

Gerda Tulk — 24 jan 2016
Hallo Truus
Wat een mooi spontaan en positief verhaal.
Geniet samen met je familie van de vrije tijd en we hopen je nog vaak een wandeling te zien maken door ons mooie dorp
Els Morsink-Peters — 24 jan 2016
leuk verhaal Truus met veel herkenning. Heb je de belangstelling voor textiele werkvormen van de vormingsklas overgehouden? Ik wel en ben al begonnen........ geeft heel veel voldoening en rust in het hoofd!
Anja Hennink-Grundlehner — 24 jan 2016
Lieve Truus, wat een geweldig eerlijk en menselijk interview, het geeft zo goed weer hoe jij bent. Je was een steun tijdens de geboorte van mijn kinderen en ook in de periode erna. Geniet van je vrijheid, je hebt het zeer verdiend
Anja Hennink-Grundlehner — 24 jan 2016
Lieve Truus, wat een geweldig eerlijk en menselijk interview, het geeft zo goed weer hoe jij bent. Je was een steun tijdens de geboorte van mijn kinderen en ook in de periode erna. Geniet van je vrijheid, je hebt het zeer verdiend
Truus, onze kinderen zijn inmiddels volwassen, je was erbij op de meest bijzondere momenten in ons leven. Een geweldige verloskundige, een prachtig mens. Zo leuk om na zoveel jaren dit mooie interview te lezen.
ine getkate — 24 jan 2016
Truus wat heb je veel betekend voor al die zwangere vrouwen. Je bent een prachtvrouw. En nu genieten van andere dingen in goede gezondheid.
Hans Hobert — 24 jan 2016
Truus was een geweldige, onvermoeibare en toegewijde verloskundige. Ook als mens heeft zij een onuitwisbare indruk gemaakt op iedereen die met haar samenwerkte.
Hetty Kemna-Nijland — 24 jan 2016
Truus wat ontzettend leuk om dit te lezen.
In een zwart gat vallen doe jij niet daar ben je veel te ondernemend voor.
Hoe internet en telefoon intieme momenten hebben verpest kan alleen de leeftijd groep van ons weten.

Overbieden is de trend in krappe huizenmarkt

ADVERTORIAL • De huizenmarkt blijft in beweging en voor verkopers kan dit goed nieuws zijn....
27-03-2024

De arbeidersklasse roert zich!

Het begin van de twintigste eeuw kenmerkte zich door de opkomst van vakbonden en...
25-03-2024

Bornse toppers lunchen samen op Vrouwendag

Vandaag, vrijdag 8 maart, is het Internationale Vrouwendag. Een dag die al - zij het nog...
08-03-2024

Grote stroomstoring in Borne

UPDATE 19.19 uur: Enexis meldt dat de storing is verholpen   Rond 17.45 uur maandagavond...
12-02-2024

Kleiner wonen? Onze wooncoach denkt graag met u...

ADVERTORIAL • Sigrid Mulder is wooncoach bij Welbions. Zij zorgt ervoor dat huurders van...
10-02-2024

‘Sabrina is een schat van een meid. Wat wil je...

ADVERTORIAL • ‘Niet klagen maar dragen.’ Het enige wat er in de nieuwbouwwoning...
09-02-2024