In de vuurlinie
07-04-2025
BORNERBROEK 80 JAAR GELEDEN BEVRIJD

In de vuurlinie

De bevrijding van Borne op 3 april 1945 door infanteriesoldaten van het 4e bataljon Dorset verliep vrijwel zonder slag of stoot, hoe anders verliep dat in Bornerbroek. Het laatste oorlogsjaar voelde er als elke dag angst. Had het kerkdorp al veel te lijden gehad van de V-1, een onbetrouwbaar stuk vliegend terreur, de laatste dagen voor de bevrijding waren een hel, met name voor de burgers die in de omgeving van het Twentekanaal woonden. In tegenstelling tot Borne was de oorlog voor Bornerbroek nog niet voorbij. De moffen, fanatieke soldaten van de Hermann Göring Divisie, hadden zich stevig achter het kanaal verschanst in de omgeving van de verwoeste Enterse brug en de Hoeselderbrug. Ze boden hevige weerstand aan Canadese artillerie. Voor Bornerbroek kwam het gevaar van twee kanten.

 

Strijd

Delden, Almelo en een gedeelte van Bornerbroek waren al op 4 april 1945 bevrijd. De hoofdweg langs Bornerbroek werd voortdurend door de Duitsers bestookt. Om aan de aanvallen op deze aanvoerroute een einde te maken, besloot het Canadese hoofdkwartier het gebied waar de Duitsers zich hadden verschanst, zo snel mogelijk te zuiveren. De hoofdmacht bestond uit de 4th Canadian Armoured Division gesteund door het 15th Field Artillery Regiment, een artillerie eenheid uitgerust met snel schietende houwitsers van het type 25-ponder Het regiment, dat ’s middags nog betrokken was geweest bij de bevrijding van Delden, kreeg opdracht in de omgeving naar een nieuwe positie uit te kijken. In de nacht van 4 op 5 april werden de geschut stukken naar een locatie op het Tusveld gedirigeerd. Daar ontwikkelden de kanonnen een onstuitbaar offensief op de verdedigingslinie van de Duitsers. Naast 25-ponder granaten werden zogenaamde seingranaten, gekleurde lichtpotten, afgeschoten als markering voor Britse jachtvliegtuigen, om de Duitse posities vanuit de lucht onder vuur te nemen.

 

Verkenner

De beschietingen werden ondersteund door een artillerie verkenningsvliegtuigje, dat opereerde vanaf een landingsstrip aan de Ariëlweg (Elhorsterveld) in Zenderen en een observatiepost in de kerktoren van Bornerbroek. Het was een licht verkennings- en observatievliegtuigje (AOP –‘Air observation post’), dat in 1938 door Taylorcraft in Leicester werd ontwikkeld als sportvliegtuigje en in de tweede wereldoorlog werd ingezet voor militair gebruik, gedoopt als ‘Auster’. De Royal Canadian Artillery had drie Air OP squadrons onder bevel van de Royal Air Force. Air OP piloten werden ingezet bij het lokaliseren van vijandelijke doelen en het leiden van artillerievuur vanuit de lucht. Squadron 664 heeft in Zenderen gevlogen. Vliegen in een Auster was gevaarlijk, de piloot moest laag vliegen om vijandelijke vliegtuigen en grondvuur te ontwijken.

 

Witte vlag

De heer Timmerhuis, die met zijn ouders in een boerderij aan het kanaal woonde, vertelde eerder over de strijd: “Deze soldaten, herkenbaar aan de doodskop op hun pet en de kraag, gedroegen zich zeer fanatiek en brutaal. Ze drongen boerderijen binnen om varkens en kippen te slachten en beroofden de bewoners van hun laatste voorraden”.

 

Tot en met 8 april heeft Bornerbroek in de vuurlinie gelegen van de Duitsers en Canadezen. De gevolgen waren vreselijk. Veel mensen ontvluchtten huis en haard. Circa 33 boerderijen werden totaal vernield, talloze panden liepen lichte tot zware schade op. Onder de bevolking vielen twee slachtoffers: de 17 maanden oude Johannes Ooms en mevrouw Platenkamp-Tiehuis. Mevrouw Sjoerds-Sietsma over die voor haar familie zo dramatische 7e april:

“De beschietingen waren op een gegeven moment zo hevig, dat wij – de families Platenkamp en Ooms-Sietsma- naar de boerderij van Perik zijn gevlucht. Daar zochten we buiten dekking in een kuil, binnen was het te gevaarlijk. Toen er vlakbij een granaat ontplofte, trof een scherf het zoontje van mijn zuster, dat ter plaatse overleed. Mevrouw Platenkamp werd getroffen door kogels, toen zij op ging staan om zich over haar dochter Hanna te bekommeren, die ook gewond was. Zwaaiend met een witte vlag ben ik samen met mijn vader en zwager door het weiland naar de straat gekropen en vervolgens naar de pont bij de Hoeselderbrug. Een hachelijke onderneming, want de kogels vlogen ons letterlijk om de oren. Bij de pont wisten we de aandacht te trekken van Canadese militairen. Met een jeep werden de gewonden opgehaald en naar het Duitse lazaret in het gymnasium in Zenderen gebracht. Mevrouw Platenkamp is later gestorven”. Ze overleed op 10 april in Almelo op 57-jarige leeftijd.

 

Hansje Ooms

Hansje werd geboren op 6 november 1943 in Delft en was de zoon van Jan Ooms en Alie Sietsma. Jan en Alie trouwden op 10 november 1939 in Den Haag. Het echtpaar kreeg op 18 mei 1941 hun eerste kindje, Renske. Ruim 2 jaar later werd Hansje geboren. Tijdens de hongerwinter kwam het gezin naar Twente, ze vonden afwisselend onderdak bij familie in Bornerbroek en Almelo. Een dag voor de bevrijding waren de beschietingen zo hevig dat men buiten dekking zocht in een voerkuil. Dat werd kleine Hansje fataal, hij werd aan zijn hoofd geraakt door een granaatscherf en overleed in de armen van zijn vader; hij zag “het licht in de oogjes van zijn zoontje breken”, zoals hij later vertelde. Het lichaampje werd opgebaard in de boerderij van de familie Notteberg en enkele dagen later, in een speciaal door Jan Meenhuis gemaakt kistje, op de begraafplaats ‘Groenedael in Almelo begraven.

 

Duitse slachtoffers

De Duitsers verloren tijdens de gevechten twee man: Feldwebel Karl Helmut Frey,19 jaar, geboren in Lemberg. Hij diende bij de ‘Batterie Flak-Scheinwerfer-Abteilung’ en sneuvelde op 7 april. Frey werd begraven op de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn. Tussen 3 en 5 april sneuvelde Oberfeldwebel Hans Lehmann, 43 jaar, geboren in Prülitz. Hij maakte deel uit van de 3. Kompagnie Fallschirm-Ersatz und Ausbildungs-Regiment “Hermann Göring”. Ook hij werd begraven in Ysselsteyn.

 

Schade en Wederopbouw

Er gingen bij benadering 43 boerderijen verloren, 10 door schade als gevolg van uit de koers geraakte V-1 projectielen en 33 door gevechtshandelingen bij het Twentekanaal. Daarbij werd ook veel vee gedood. De bruggen in de Entersestraat en de Hoeselderdijk waren vlak na de Duitse inval al door soldaten van het 5e grensbataljon opgeblazen om de opmars te vertragen.

De wederopbouw door de overheid verliep traag. In de eerste maanden na de oorlog werd de hulp aan Bornerbroek vooral lokaal georganiseerd. Er werden oproepen gedaan voor de beschikbaarstelling van kleding. De getroffenen werden geholpen door de inzet van een groep zogenaamde werkwilligen.

 

Het Rode Kruis organiseerde de ‘Hark Hulp Aktie ‘met als doel ‘Helpt ieder Nederlandsch gezin weer op te bouwen’. De afdeling Borne zamelde een bedrag van f 13.385,81 in en 25 vrachtwagens met goederen. In Borne werd een kantoor gevestigd van het Bureau Wederopbouw Boerderijen (BWB) van het toenmalige ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening. Het bureau zette de realisatie van noodvoorzieningen in gang, maar de uitvoering vertraagde door regelgeving en het gebrek aan alles, zoals materialen en vervoersmiddelen.

 

Rapport

Juffrouw Schoemaker, sociaal werkster bij de gemeente, bezocht alle getroffenen. Uit haar rapport van 11 januari 1947 blijkt dat er anderhalf jaar na de bevrijding nog maar weinig vooruitgang was geboekt:

“Er zijn 36 boerderijen getroffen, waarvan 32 woonhuizen totaal zijn verbrand en de inboedel, kleeding en beddegoed in de meeste gevallen totaal verloren gingen, enkelen konden slechts een gedeelte van hun kleeren of beddegoed redden.”

 

“8 gezinnen wonen in houten woonketen. Voor de anderen zijn van de overgebleven resten van woonhuis en schuren noodwoningen gebouwd, alle gelijkvloers en met halfsteens muren, plafonds van board, steenen vloeren en verder alles bekrompen en klein. Omdat deze houten- en noodwoningen slecht gebouwd zijn is het er moeilijk warm te krijgen. Om het vooral met de koude van de laatste weken eenigszins dragelijk te hebben, moeten zij zeker het dubbele brandstoffenrantsoen gebruiken”.

 

“Vandaar dat in bijna ieder gezin om aanvulling van de brandstoffen gevraagd werd. Hoewel de menschen niet veeleischend zijn hebben zij toch nog veel gebrek en vaak ontbreken de noodzakelijkste huishoudelijke artikelen, zoals emmers, kopjes, borden en schalen die voor het dagelijksche gebruik noodig zijn. In de meeste gezinnen ontbreken goede matrassen en slaapt men op eigengemaakte stroozakken met ’n molton deken erover”

 

“Verder is er een zeer groot gebrek aan onderkleeding, vooral wollen goed, hetgeen de boeren die de hele dag buitenwerk hebben juist zoo dringend noodig hebben. Bijna in ieder gezin vroeg men om blauwe keperstof voor overalls of werkjassen. In de gezinnen met schoolgaande kinderen is groote behoefte aan jurkjes, jongenspakjes, overjassen en kousen”

“Voor het opbouwen van de boerderijen en schuren ondervinden ze allemaal erg veel moeilijkheden met de Dienst van de Wederopbouw omdat Bornerbroek niet is opgegeven als getroffen gebied en nu buiten elke toewijzing of hulp valt, waardoor zij erg gedupeerd zijn”.

 

“Het is me een genoegen U nog mede te deelen dat er, behoudens ’n enkele uitzondering, in alle gezinnen een zeer tevreden geest heerscht en de menschen, ondanks hun bekrompen woningen en de vaak moeilijke omstandigheden waarin zij leven, vrolijk en opgeruimd zijn en zich zoo goed schikken in het ongeluk dat hun getroffen heeft en waardoor zij zulke groote verliezen hebben geleden”

 

De werkwijze van het BWB leidde tot grote wrevel bij de Twentse burgemeesters. In de tweede kamer werden er zelfs vragen over gesteld. Het leidde ertoe dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in actie kwam voor de belangen van de gemeenten. Na de moeizame eerste jaren kwam de wederopbouw pas in 1948 goed op gang. Bornerbroek herrijst! (HN)

 

Foto's van boven naar beneden:

-Hoofdfoto: zwaar gehavende boerderij familie Oude Meijers

-Houwitser 15th Canadian Field Regiment

-Verkenner: Boven: Verkenner "Auster", Linksonder: Lt Ambrose en Jones 664th Auster squadron, Rechtsonder: Verkenner Ariëlweg

-mw. Platenkamp-Tiehuis

-Hansje Ooms

-Affiche HARK en oproep “Ingezetenen van Borne geeft!”

-Bornerbroek loopt uit na bevrijding.

 

Bronnen: Gemeentearchief Borne; “In Verdrukking, Verzet en Vrijheid”, H. Noordhuis, G.P. ter Braak, M.F.S. Kienhuis, Hengelo 1990; ‘Bornerbroek tijdens de Tweede Wereldoorlog’, Historische Kring Bornerbroek; Wim Arkink; RCA museum Canada; Foto’s: RCA museum Canada; beeldbank gemeentearchief Borne.

 

© BorneBoeit. Op onze artikelen en beeldmateriaal rust copyright.
Voor meer informatie raadpleeg de spelregels.

Deel
De link is gekopieerd naar het klembord!
reageren op deze pagina

Assepoester betovert jong en oud

Het Openluchttheater in Hertme was zondagmiddag het toneel van een sprookjesachtige middag. Voor...
14-09-2025

Speciaal dit jaar: Aemstel Live Kerstspecial...

ADVERTORIAL. Amsterdamse gezelligheid in Twente. Eerder dit jaar kon je in Goor nog swingen op...
12-09-2025

Van Stayin’ Alive tot Mamma Mia – een festival...

Met hits uit de Top 2000 werd het openluchttheater in Hertme zaterdag omgetoverd tot het Tribute...
07-09-2025

Guus Meeuwis brengt klassiekers naar Hertme

‘Ik loop hier alleen in een te stille stad…’ klonk het vrijdag 22 augustus in...
23-08-2025

Zwanenhof in het ritme van de Leeuwenpoort

Vrijdag 8 augustus stond voor veel spiritueel geïnteresseerden in het teken van de opening...
09-08-2025

Ronde van België

Nee, het gaat vandaag niet over wielrennen. Maar over muziek. Het Ricciotti ensemble laat...
31-07-2025