Om exact 14.44 uur vrijdagmiddag keek ‘ie weer over Hertme uit. De opnieuw vergulde haan die de “ceremoniële kroon op het werk” vormde, zoals pastoor Marc Oortman het in zijn korte toespraak verwoordde. Zo’n veertig belangstellenden woonden de laatste werkzaamheden bij van de restauratie van het dak en de toren van de R.K. Stephanuskerk, een restauratie die in het najaar van 2016 begon en een totale investering vergde van zo’n 150.000 euro.
Veel geld en het bisdom Utrecht vroeg dan ook een bijdrage van 10 procent van de plaatselijke bevolking. Niet zozeer omdat het anders te kort zou komen, maar vooral als een ‘bewijs’ dat de kerk nog leefde in het dorp. Die boodschap was niet tegen dovenmansoren gezegd. In no time wisten de Hertmenaren ruim 20.000 euro bij elkaar te brengen. En daarom was het niet zo vreemd dat er vrijdagmiddag vele trotse gezichten rondom de hoogwerker gesignaleerd konden worden.
Voor geen goud
Maar voordat de haan de bijna 30 meter hoge klim naar het topje van de kerktoren, bovenop het kruis, maakte, zegende pastoor Oortman de vergulde windwijzer alsook de vernieuwde pijnappel, de bol die onder de haan prijkt. Daarna werden de elementen in een bakje geplaatst, waarin de rit naar boven werd gemaakt. “Ik durf er voor geen goud bij in”, aldus een lachende Oortman. Zuster Josephine, een van de toeschouwers, leek het niet zo’n enge onderneming. “Ik zou het wel durven”, zei ze resoluut. “Lijkt me hetzelfde als in een luchtballon, daar heb ik ook nog nooit ingezeten, maar ik zou het wel doen!”
Hoe dan ook, de mannen die wel gingen, hadden het snel voor elkaar. Toen om 14.44 uur alle elementen weer hun vertrouwde plek hadden hervonden, klonk een warm applaus op van beneden. De klus was geklaard. De haan is weer de baas in Hertme. (BM)
© BorneBoeit. Op onze artikelen en beeldmateriaal rust copyright.
Voor meer informatie raadpleeg de spelregels.